Puzzelen in oorlogstijd
tuttige samenstellingen van Orwell
‘We are a nation of flower-lovers, but also a nation of stamp-collectors, pigeon-fanciers, amateur carpenters, coupon-snippers, darts-players, crossword-puzzle fans.’
‘Wij zijn een volk van bloemenvrienden, maar ook een volk van postzegelverzamelaars, duivenmelkers, amateur-timmerlieden, couponknippers, dartspelers, kruiswoordpuzzelfanatici.’
George Orwell, The Lion and the Unicorn, vert. Coutinho en Schouten
Als je de bovenstaande zin leest, denk je dan ‘dit is een lofzang op Engeland’ of ‘hier wordt een volk venijnig te kakken gezet’? Ik vermoed het tweede. Maar het mooie is: beide lezingen kloppen.
De zin komt uit Orwells lange essay ‘The Lion and the Unicorn: Socialism and the English Genius’. Hij schreef het in 1941, toen de Duitsers de Britse steden bombardeerden. Het gaat over de Britse volksaard en de toenmalige toestand van het land, over het kapitalisme, fascisme en socialisme, over grote politieke vragen en kleine alledaagse voorbeelden. Ik las het van de week voor een lezing over Orwell van Caroline de Gruyter. Dit zinnetje uit het eerste deel van het essay sprong eruit.
Patriotten en pacifisten
In dat eerste deel, ‘England Your England’, richt Orwell zich vooral op de Britse opstelling in de begindagen van de oorlog. De Britten waren patriotten en dus enorm trots op hun land, maar ze werden verlamd door kapitalisme en pacifisme. Ze handelden zelfs nog in tin en rubber met Italië en Duitsland toen duidelijk werd dat die landen binnen een paar weken de grote vijand zouden worden. Alsof je een mes verkoopt aan iemand die je keel wil afsnijden, schrijft Orwell op z’n Orwells.
De Britten waren volgens Orwell ook hypocrieten en misplaatste pacifisten. Enerzijds hadden ze dat enorme Britse Rijk met veel geweld veroverd en onderdrukt. Anderzijds weigerden ze lange tijd om militair in te grijpen tegen Hitler. Linkse intellectuelen waren ook nog eens veelal pro-Russisch en anti-Brits, terwijl de nationale trots, het Britse patriottisme de enige kracht was die sterk genoeg leefde om de fascisten te stoppen.
Nou, tegen die achtergrond klinkt onze zin natuurlijk als venijnige kritiek. En Orwell gooit er nog een schepje bovenop. Want Britten zijn dan wel bloemenliefhebbers, maar niet omdat ze zo smaakvol zijn. Esthetisch gevoel hebben de Britten totaal niet, aldus Orwell.
Tuttige samenstellingen
Daarnaast, vervolgt Orwell, zijn Britten verslaafd aan hobby’s. Zet in het weekend de BBC maar aan en je ziet dat er niks is veranderd. Ze houden van postzegels verzamelen, duivenmelken, meubels bijschuren, bonnetjes sparen, darten en kruiswoordpuzzels maken. Engeland op z’n allertuttigst.
Het tuttige van de hobby’s die Orwell opsomt, wordt nog eens benadrukt door de vorm. Daarom viel deze zin me ook op: al die samenstellingen met koppeltekens, hyphenated compound nouns. Mooi hoe Orwell steeds iets heel concreet kiest – bloemen, postzegels, duiven, kortingsbonnetjes, darts, kruiswoordpuzzels – en dat verbindt met een woord dat min of meer synoniem is aan ‘liefhebber’ – lover, collector, fancier, amateur, snipper, player, fan.
Extra knullig is dat niet al die samenstellingen een koppelteken hebben. ‘Amateur carpenters’ en ‘crossword-puzzle fans’ wijken af en dat maakt die zin net nog een tikje stunteliger. In het Nederlands plak je zulke woorden aan elkaar, tenzij het gaat om gelijkwaardige delen die je zou kunnen omwisselen. Van ‘amateur-timmerlieden’ kun je geen ‘timmerlieden-amateurs’ maken, dus dat moet zonder koppelteken. Van ‘rood-wit’ kun je ‘wit-rood’ maken, dus wél een koppelteken.
Trouwens ‘kruiswoordpuzzelfanatici’ is een heerlijk en grappig woord, maar dat staat er bij Orwell niet. Anders had hij zelf wel gekozen voor fanatic, in het Engels ook heel gangbaar.
Puzzelen in oorlogstijd
Juist in die informele dingen – het genieten van de pub, een voetbalwedstrijd, de achtertuin, het haardvuur, de lekkere kop thee – schuilt de ware volksaard van de Britten, zegt Orwell. Maar Orwell was zelf natuurlijk ook een Brit. Zeker na Rebecca Solnit vergeten we nooit meer dat ook hij hield van het kweken van rozen. Ook hij was hobbyist. Dus als hij zo spottend schrijft over de Britten, gaat het ook over hemzelf. En ik had al verklapt dat Orwell hier niet alleen bespot.
In de hobby’s van de Britten ziet Orwell ook iets positiefs. Want dat is waar de Britten voor in actie komen, wat ze willen verdedigen, waarvoor ze strijden. Het zijn heel concrete, kleine genoegens die – hoe tuttig ook – ze echt aan het hart gaan. Ze zijn onderdeel van het patriottisme dat Orwell prijst en daar moet je dus als intellectueel niet te zeer op neerkijken.
Daarnaast ziet Orwell ze als teken van de Britse liefde voor purely private liberty, puur persoonlijke vrijheid. Het is het recht op een eigen ruimte waarin je zelf bepaalt wat je wil doen. Die vrijheid staat haaks op het kapitalisme, want het zijn in beginsel nutteloze activiteiten. Die vrijheid staat ook haaks op de totalitaire staat, want die probeert juist alles tot in de kleinste details en de meest intieme voorkeuren te beheersen. Zo is de zin van Orwell dus spottend-lovend of lovend-spottend.
• The Lion and the Unicorn: Socialism and the English Genius – George Orwell.
• England Your England, vertaald door Lore Coutinho en Martin Schouten, in Waarom ik schrijf, de Arbeiderspers, 1973/2020.
• Lezing van Caroline de Gruyter bij Studium Generale Leiden.