Caillebotte wandelen

Europees wandelen volgens George Steiner

Wandelen met George Steiner

Maar het zijn deze zwerftochten, met hun zijpaden, hun abrupte verandering van route en tred, die we weerspiegeld zien in de syncopen van zijn proza.

But it is these rambles, with their diversions, their abrupt changes of itinerary and gait which are reflected in the syncopations of his prose.

George Steiner, vertaling Peter Bergsma

Binnenkort verschijnt er een herdruk van De idee Europa, een geliefd essay van George Steiner (1929–2020). Steiner groeide op in Parijs als zoon van Joodse Oostenrijkers, vluchtte naar de VS voor de Tweede Wereldoorlog, en werd beroemd als erudiet literatuurwetenschapper en criticus. De tekst is de weerslag van een lezing die hij in november 2003 gaf speciaal voor het Nexus Instituut, waar ik nu werk als eindredacteur. De herdruk is een mooie gelegenheid om de tekst nog eens na te lopen.

Te voet door Europa

Een van de mooiste ideeën in het essay is dat Europa zich onderscheidt van andere continenten door de menselijke maat. Waar de landschappen van bijvoorbeeld Amerika, Azië en Australië te wijds en groot waren om te voet door te trekken, deden we dat in Europa wel, en dat had invloed op onze cultuur. Of zoals we in het hoge register van Steiner, in vertaling van Peter Bergsma lezen: ‘Bepaalde integrale componenten van het Europese denken en bewustzijn zijn qua cadans en sequentie die van de voetganger.’

Bezig met verwerken …
Gelukt! Je staat op de lijst.

Er zijn vast tegenvoorbeelden te vinden van voetreizigers op andere continenten. Maar vergelijk je Europese stadscentra met die van Amerika, dan zie je inderdaad vaak dat de Europese steden op voetgangers en de Amerikaanse steden op de auto zijn ingericht. Steiner merkt terecht op dat je als voetganger ziet dat de straten en pleinen hier in Europa vaak vernoemd zijn naar belangrijke personen en gebeurtenissen uit het verleden. (Steiner denkt hierbij aan zijn jeugd in Parijs, waar de straatnaambordjes met elkaar haast een heel geschiedenisboek vormen.) In de VS daarentegen zoef je langs boulevards en avenues die worden aangeduid met een nummer of hoogstens een generieke naam. 

Zoals vaker in zijn teksten, benoemt Steiner ook hier de zwartste kanten van Europa. Want het Europees continent werd ook ‘bewandeld’ door de legers van Alexander de Grote, in de napoleontische oorlogen en door de troepen van de Wehrmacht. Wat dat betreft onderscheidt Europa zich misschien niet fundamenteel van andere continenten, waar door de eeuwen heen volgens mij toch ook behoorlijk wat legers door het landschap hebben gemarcheerd.

Wandelend denken en schrijven

Los van de grotere culturele claims, vind ik dit een prachtig idee: het idee dat gedachtes worden beïnvloed door het landschap en dat je het wandelen echt terugvindt in teksten. Steiner noemt daarvan een aantal specifieke voorbeelden. Zo trok Wordsworth te voet door het Europese continent, waarover hij dichtte in zijn Prelude. Beroemd zijn daarnaast Immanuel Kant, die elke dag stipt op tijd zijn rondje door Koningsbergen liep, en Jean-Jacques Rousseau, die juist door de natuur trok als eenzame wandelaar.

Bij Kierkegaard wordt Steiner nog iets concreter:

‘De langdurige zwerftochten van Kierkegaard door Kopenhagen en zijn buitenwijken ontpopten zich als een openbaar spektakel en het voorwerp voor karikaturen. Maar het zijn deze zwerftochten, met hun zijpaden, hun abrupte verandering van route en tred, die we weerspiegeld zien in de syncopen van zijn proza.’

Je kunt tijdens het wandelen op goede ideeën komen, maar volgens Steiner zien we bij Kierkegaard het wandelen dus zelfs terug in zijn schrijfstijl. Fascinerend! Zou het echt?

Schrijden met Steiner

In Steiners eigen proza kun je, denk ik, ook een bepaalde manier van wandelen herkennen. Hij heeft bepaald geen schroom voor Griekse, Latijnse en Franse leenwoorden, grote statements of het noemen van allerlei namen en ideeën. Het zijn zinnen die je gemakkelijk kunt uitspreken – het gaat tenslotte om een lezing – maar wel in een rustig tempo. Als lezer word je door al die referenties ook uitgenodigd om niet al te snel te lezen, gedwongen soms een paar zinnen terug te lezen en uitgedaagd om verwijzingen na te zoeken. Ik denk dus aan rustig, elegant flaneren of langzaam, statig schrijden. Een oude heer die tijdens een loopje zijn eruditie tentoonspreidt. 

Onze zin is misschien zelf al een klein voorbeeld van de kwaliteit die Steiner signaleert in het proza van Kierkegaard. Met het stukje ‘met hun zijpaden, hun abrupte verandering van route en tred’ onderbreekt Steiner namelijk de hoofdboodschap ‘het zijn deze zwerftochten die we weerspiegeld zien in de syncopen van zijn proza’. Je kunt die bijzin dus zien als een zijpaadje; een klein zijpaadje en niet echt een abrupte verandering van route, maar toch.

Ritmisch ratelen 

Twee woorden vallen me vooral op: ramble en syncopation. Het Engelse werkwoord ‘to ramble’ betekent ‘doelloos van de ene naar de andere plek gaan’ – ronddolen in een stad, om zomaar, voor de lol te kijken wat er allemaal gebeurt, zoals Kierkegaard dus deed in de buitenwijken van Kopenhagen. Maar het betekent ook ‘ratelen’, praten of schrijven zonder duidelijk doel. In het Engels dus een perfect woord voor wat Steiner over Kierkegaard wil zeggen.

Van ‘syncopation’ is sprake als een ritme wordt verstoord; in muziek, maar ook in het ritme van een tekst. Een syncope is het weglaten van een klinker – zoals in ‘dapp’re strijders, fier en koen’ – maar ook het verschuiven van een accent in bredere zin. Ik denk dat Steiner bij Kierkegaard doelt op het laatste, gezien de ‘abrupte verandering van route en tred’ in onze zin.

Als we het wandelen van Kierkegaard willen herkennen in zijn schrijfstijl, is dit dus het haakje dat Steiner ons geeft. We moeten op zoek naar een verstoring van het ritme van Kierkegaards zinnen, een moment waar hij plots overstapt op een ander onderwerp, ineens een andere nadruk op iets legt, of misschien zelfs zijn zinnen korter of langer maakt. Dat is het punt waar Kierkegaards als het ware de hoek omslaat.


De idee Europa – George Steiner, vertaald door Peter Bergsma, Nexus Instituut, 2004/2021.

• Mijn bespreking van Prelude – William Wordsworth, vertaald door Jan Kuijper Athenaeum, 2020.

• Afbeelding: detail uit Rue de Paris, temps de pluie – Gustave Caillebotte, via Wikimedia.

Lees ook: