
Een briefjesruzie achter het raam
DE NIEUWE EIGENAAR
Steed Ramjiawan
IS NIET VERANTWOORDELIJK
VAN HAAR OP–––––
PRAKTIJKEN
Mijn blogberichten gingen tot nu toe over literatuur, hoogstaande zinnen uit klassiekers. Voor de verandering leek het me leuk om eens een zin te pakken uit de ‘echte wereld’. Er gaat qua taal van alles fout in deze zinnetjes, maar wel goed fout: ze zijn eigenaardig, hilarisch, lijken authentiek en tonen veel over het karakter van de schrijver, kortom, ze passen hier perfect. Zo gebruiken echte mensen echte taal. Goed fout.
Totale uitverkoop
In de Korte Poten in Den Haag zat jarenlang het curieuze winkeltje Galerie Boeddha. In de schaduw van twee zware, zwarte luifels stonden steevast houten Boeddhabeelden, vogelkooitjes, manden, trommels en wierookhouders uitgestald. Binnen waren tientallen glazen stellingkasten volgestouwd met zilveren ringen en kettinkjes en oorbellen en broches, en nog meer wierookhouders en nog meer Boeddhabeelden, en spiegels die deze exotische verzameling sieraden en snuisterijen leken te vermenigvuldigen tot in het oneindige.
Afgelopen jaar hingen er grote, felgekleurde banners op de zwarte luifels, met in kapitalen de onheilspellende woorden: ‘Totale – uitverkoop Alles moet weg’. Typisch zo’n verlokkelijk bedoelde boodschap om ook permanent Perzische tapijten mee aan te prijzen. Vaak gaat die totale uitverkoop jarenlang vrolijk door. Het zal zo’n vaart wel niet lopen met Galerie Boeddha, dacht ik dus.
Maar sinds een paar weken zijn de luifels ineens opgetrokken en de stellingkasten verborgen achter bruin pakpapier op de ramen. En tussen het pakpapier en het raam heeft iemand een paar handgeschreven briefjes geplakt, met een paar korte zinnen die samen een mysterieus en – voor de nietsvermoedende voorbijganger – geestig verhaal vormen.
Geachte klanten
Met onze zin bovenaan heb ik natuurlijk al verklapt waar dit heen gaat. Maar als je alleen het eerste briefje leest, is er nog niks geks aan de hand:
Geachte klanten
i.v.m. verbouwing zijn
wij tijdelijk gesloten
Ik hoop u snel weer te
ontmoeten.
Silvia Limpens en het team
van Galerie Boeddha
Namasté
Generieke zinnen met die quasi-vriendelijke toon die bedrijven wel vaker voor hun geachte klanten gebruiken. Iedere willekeurige winkel zou dit in principe kunnen ophangen. Pas bij ‘Galerie Boeddha’ en vooral ‘Namasté’ krijgen de zinnen ineens kleur. ‘Ontmoeten’ krijgt plots een zweverige bijklank.
Een net bericht vraagt om wat correcties: komma achter ‘klanten’; ‘i.v.m.’ uitschrijven of vervangen door ‘wegens’; en een punt achter ‘gesloten’. En je zou kunnen zeuren over het inconsequente gebruik van enerzijds ‘wij’ en ‘het team’, en anderzijds ‘Ik’ en ‘Silvia Limpens’. Het briefje lijkt toch vooral een persoonlijke boodschap van Limpens te zijn en ik vraag me af of er überhaupt een team is. Verder prima.
Het team
Vlak daaronder hangen echter twee briefjes die de zaak in een heel ander daglicht plaatsen. Eerst het korte, maar duidelijke statement ‘STEED RAMJIAWAN IS AAN HET VERBOUWEN’. Dat vind ik op zich al grappig. Doordat Steed Ramjiawan over zichzelf schrijft in derde persoon ontstaat er een vreemde afstand tot de toch serieus bedoelde boodschap. En nu ik er nog eens goed naar kijk, verwijst Ramjiawan naar het briefje van Limpens, die al schreef over een verbouwing: laat duidelijk zijn wíé die verbouwing eigenlijk aan het doen is!
Ook is een passieve constructie in zo’n geval veel gepaster, iets als ‘Dit pand wordt verbouwd door…’, ‘Deze locatie wordt beheerd door…’, ‘Deze winkel wordt bewaakt door…’. Nu ligt de nadruk niet op het pand maar op dat wat Ramjiawan aan het doen is. Soms kan dat handig zijn (‘Ben aan het lunchen, zo terug’) maar hier klinkt het raar. Je vraagt je af: nou en? dus? wat nu?
Sowieso vind ik het van een fantastische kinderachtigheid getuigen dat Ramjiawan ervoor heeft gekozen het briefje van Limpens te laten hangen en in het volle zicht van alle voorbijgangers met haar de strijd aan te gaan via eigen briefjes. Had niet gehoeven. Als hij de zeggenschap heeft over het pand, waarom heeft hij dan dat briefje van Limpens niet gewoon weggehaald?
En dan komt het mooiste. In kapitalen, die waarschijnlijk enige woede van de auteur op het moment van schrijven verraden, staat op het tweede briefje van Ramjiawan:
BENT U BENADEELD
DOOR SILVIA LIMPENS
OF HEEFT U EEN
TEGOEDBON
BEL: 06––––––
DE NIEUWE EIGENAAR
IS NIET VERANTWOORDELIJK
VAN HAAR OP––––––
PRAKTIJKEN
STEED RAMJIAWAN
Zou Ramjiawan eerst ook deel hebben uitgemaakt van ‘het team Galerie Boeddha’? De site van de galerie is offline, maar nog wel terug te vinden. Daarop staat: ‘De eigenaren bezochten ruim 35 jaar geleden het Aziatische continent en raakten geïnspireerd door de levenswijze van de boeddhisten en de Aziatische cultuur.’ Waren Silvia en Steed soms samen die eigenaren? Of misschien wel meer dan dat? En wat is er eigenlijk nog over van die boeddhistische inspiratie…
Briefjesruzie
Bij ‘benadeeld’ is er ineens spanning. Hier is sprake van een briefjesruzie. Ik weet niet of Ramjiawan gelijk heeft in dezen (het telefoonnummer laat ik dus weg). Maar lees het briefje van Limpens nu nog eens terug: dat moet in zijn ogen een soort Newspeak zijn. Als Limpens haar klanten inderdaad moedwillig benadeelde, klinkt die vrolijk-vriendelijke toon en dat ‘namasté’ – ‘ik buig voor jou’ – toch een stuk minder oprecht.
Maar de laatste zin vind ik het mooist. In de verschrijving ‘verantwoordelijk van’ in plaats van ‘voor’ lees ik opnieuw woede van de auteur. Als je boos bent en snel een briefje schrijft om op het raam te plakken, natuurlijk schrijf je dan geen correct zin!
Tot slot lezen we waar de ruzie waarschijnlijk om draait. Althans, we lezen het eigenlijk net niet, want (het kan nóg kinderachtiger! heerlijk!) er zit een bonnetje geplakt over het briefje van Ramjiawan. Er stond ‘oplichtingspraktijken’ en een uitroepteken. Dat ging iemand kennelijk te ver. Maar als Steed Ramjiawan hier verbouwt en het laatste woord heeft, wie heeft dan dit censurerende bonnetje opgeplakt?!